SPELLING WP16

Het geheim van het huisje daarachter

Lena en haar zusje Sara woonden in een klein dorp. Achter hun huis stond een oud huisje. Mensen in het dorp zeiden dat het daar spookte. Lena wilde weten wat er echt gebeurde.

Op een dag zei Sara: "Zullen we naar het huisje daarachter gaan?" Lena gaf haar een glimlach. "Oké," zei ze, "maar we moeten heel zachtjes doen." Ze liepen samen naar de achterdeur.

In het huisje zagen ze een klein doosje op de tafel. "Wat zit daarin?" vroeg Sara. Lena opende het doosje voorzichtig. Plots sprong er een klein beestje uit! Het had grote ogen en keek naar hen. "Wat is dat?" vroeg Sara. "Ik weet het niet," zei Lena, "maar ik denk niet dat het slechte bedoelingen heeft."

Het beestje liep naar een hoek waar een zwak lichtje scheen. Lena en Sara volgden het. In de hoek lag een brief. "Lees het voor," zei Sara. Lena las: "Dit huisje is een schuilplaats voor magische dieren. Zorg goed voor hen, en ze brengen je plezier. Maar pas op, want ze kunnen ook zorgen voor gevechten."

Sara zei: "We moeten het beestje terug in het doosje doen." Lena knikte. Ze brachten het voorzichtig terug en sloten het doosje. "Laten we dit geheim houden," zei Lena.

Toen ze naar huis liepen, zagen ze een man op de markt. Hij keek hen aan en glimlachte. "Misschien weet hij iets," fluisterde Sara. Lena lachte ook en zei: "Misschien, maar we houden het geheim." Ze gingen naar huis en waren blij dat ze dit avontuur samen hadden meegemaakt. Het was een dag vol plezier.

Inhoudelijke vragen

1. Wie ging er met Lena mee naar het huisje?

2. Wat vonden Lena en Sara op de tafel in het huisje?

3. Wat sprong er uit het doosje?

4. Wat stond er in de brief?

5. Wat deden Lena en Sara met het beestje?